Windows komt met een aantal programma's en hulpprogramma's voorgeïnstalleerd die je vaak helemaal niet gebruikt. Deze variëren van bekende software als Internet Explorer en Windows Media Player, tot obscure applicaties die je waarschijnlijk nooit tegen zal komen. Gelukkig is er een manier om deze programma's uit te schakelen, zonder ze te verwijderen.
1. Ga na het overeenkomstige menu
Het Configuratiescherm huisvest een menu met de naam Windows-onderdelen in- of uitschakelen. Er zijn twee manieren om het menu te openen:
- Navigeer naar Configuratiescherm > Programma's > Programma's en onderdelen > Windows-onderdelen in- of uitschakelen
- Typ Windows-onderdelen in- of uitshakelen in het zoekveld van de Charms Bar en druk op Enter.
Vergeet niet: om het menu te openen heb je administratorrechten nodig.
2. Selecteer de items die je in- en uit wilt schakelen
Veel programma's in dit menu zijn uitgeschakeld en verwijzen naar geavanceerde functies van Windows. Over het algemeen zul je vooral standaardprogramma's als Internet Explorer en Windows Media Player willen uitschakelen. Laatstgenoemde vind je in de map Mediaonderdelen.
Er zijn nog andere elementen die je kunt activeren/deactiveren als doorsnee Windows-gebruiker, zoals de Windows Locatiezoeker of visualisatieprograma Hyper-V. Onze aanbeveling is dat je alles verder laat zoals het is, wanneer een bepaalde naam je bijvoorbeeld niets zegt.
3. Markeer/demarkeer en klik op OK
Om een Windows-functie in- of uit te schakelen zet je respectievelijk een vinkje of haal je het staande vinkje weg. Klik op OK om je wijzigingen te bevestigen. Windows vraagt je vervolgens de pc opnieuw op te starten.
Stel, je hebt besloten Internet Explorer uit te schakelen. Herstart je je pc, dan vind je geen spoor meer van de standaardbrowser van Microsoft. Wil je Internet Explorer toch weer terug, dan herhaal je bovenstaande stappen en zet je een vinkje waar nodig.
Welke Windows-functies kun jij missen als kiespijn?
